Jurisprudentie

Hoe gaan rechters om met externe veiligheid. Aan de hand van praktijkvoorbeelden en recente uitspraken praten Esther Broere en Christiaan Soer u bij. Onder andere over:
- de reikwijdte van het Bevi;
- de verantwoording van het groepsrisico;
- de borging van EV-maatregelen in het bestemmingsplan;
- het relativiteitsvereiste.
Aansluitend is er ruimte voor het stellen van vragen en discussie.

Sprekers: Esther Broeren (Element advocaten) en Christiaan Soer (RoyalHaskoning DHV)

Modernisering EV-beleid

In het kader van het moderniseringsprogramma heeft het Ministerie van Infrastructuur en Milieu nadrukkelijk oog voor de veiligheid van de omgeving rond een risicobron. Daarom wordt, in aanvulling op beleid vanuit de klassieke risicobenadering, ook gekeken naar aspecten die te maken hebben met de externe veiligheid. Bijvoorbeeld door effecten en maatregelen binnen het beleid een betere positie te geven. Hiervoor dienen dan wel de instrumenten en rekenmethodieken beter hanteerbaar te worden gemaakt.
In het verlengde hiervan streeft het ministerie naar een meer robuuste doorwerking van het omgevingsveiligheidsbeleid in de ruimtelijke ordening. Dit houdt in dat de bestuurlijke afweging op het juiste niveau en vroeg in het besluitvormingsproces wordt geregeld. Tot slot zet IenM in op het bevorderen van zowel de veiligheidscultuur bij bedrijven als de deskundigheid bij vergunningverlening, toezicht en handhaving.

Spreker: Arie-Jan Arbouw (Programmamanager Omgevingsveiligheidsbeleid, Ministerie Infrastructuur en Milieu, Directie Veiligheid en Risico’s)

EV kennisinfrastructuur

Het EV-netwerk bestaat uit gedreven mensen. Zij worden professioneel ondersteund om hun werk te kunnen uitvoeren. Eén van de zaken waar die ondersteuning uit bestaat is betrouwbare en herleidbare informatie. En die informatie vinden we het liefst op één digitaal portaal en niet in ‘kastjes en muren’. Hetzelfde geldt voor het vinden van collega’s. Het is handig en werkt snel als de informatie over wie waar zit en met welke kennis en expertise, op één plek te vinden is.  De praktijk wijst uit dat informatie nog vaak versnipperd is en lastig te vinden.

In deze informatiesessie krijgt u informatie over de activiteiten van het deelprogramma Informatie en Kennisinfrastructuur van de Impuls Omgevingsveiligheid 2015. Daarnaast vragen we naar uw rol en behoeften aan ondersteuning. Of misschien wilt u deelnemen aan een van de activiteiten van het deelprogramma.

Spreker: Marlouce Biemans, Provincie Zuid Holland

Buisleidingen, uit het oog – uit het hart, maar wat als het misgaat

Buisleidingen zijn meestal onzichtbaar. Toch kan niet worden uitgesloten dat er een incident met een buisleiding optreedt. Het ongeval in Ludwigshafen op 23 oktober met één dode en vele gewonden onderstreept nog weer eens dat buisleidingen wel degelijk betrokken kunnen zijn bij een incident. De Veiligheidsregio’s van Noord-Holland en Flevoland hebben het initiatief genomen om kaarten te ontwikkelen met daarop informatie over scenario’s die kunnen ontstaan als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen.

De kaarten hebben onder andere betrekking op buisleidingen. Zij kunnen een handreiking zijn voor initiatiefnemers van ruimtelijke ontwikkelingen en voor overheden die de gevaren van het gebruik, het vervoer en de opslag van gevaarlijke stoffen moeten betrekken bij besluitvormings-trajecten. De kaarten tot stand gekomen op basis van actuele inzichten. Ze zijn digitaal beschikbaar en daarom flexibel. Nieuwe inzichten kunnen leiden tot het toevoegen, verwijderen of aanpassen van de kaarten. Voor buisleidingen zullen de kaarten op korte termijn worden aangepast en uitgebreid.
Tijdens deze sessie krijgt u inzicht in de mogelijkheden die de scenariokaarten bieden en kunt u meedenken over de aanstaande wijziging van de kaarten over buisleidingen.

Sprekers: Merle de Lange (Royal HaskoningDHV) en Ferry El-Aaïdi (Brandweer Amsterdam-Amstelland)

Communiceren van risicobeleid

Het is een grote vergissing te denken dat het geslaagd verkopen van je maatschappelijke veiligheidsbeleid inhoudt dat bepaalde risico’s aanvaardbaar zijn. Maar hoe selecteer je risicogerelateerde informatie om de aandacht van de burger te ‘framen’ naar het door jouw gewenste gezichtspunt? Neem het informeren van het publiek over de risicobeheersing van de aardbevingen in Groningen: het is nog maar de vraag of dit voldoet aan technieken uit de marketing en reclame. Zo sluiten wetenschappers niet uit dat er een aardbeving zal optreden met veel gewonden en mogelijk ook doden. De huidige brede politieke ondersteuning kan dan snel omslaan in ‘blaming and shaming’. Serieus risicodenken kent betekenis toe aan risico-informatie en is onlosmakelijk verbonden aan het kiezen van een welbegrepen gezichtspunt over risicoacceptatie.

Sprekers: Robert Geerts (Adviserende Ingenieurs, AVIV) en Mijntje Pikaar (KIVI RBT)

PGS 15 opslagen: meer dan 90% voldoet niet aan de regels

In veel gevallen voldoet een opslag niet aan de standaard regels van de PGS 15, maar dat hoeft niet ‘fout’ te zijn. Het wordt nog complexer als we moeten vaststellen of het wel bouwkundig voldoet. Bouw en milieu zijn ineen geschoven. Dit vraagt een nieuwe maatwerkbenadering. Aan de hand van voorbeelden worden de mogelijkheden en knelpunten uit de dagelijkse praktijk belicht.

Sprekers: Koen van der Nat (Peutz) en Jan-Willem van Wijngen (DPA Cauburg)

Aftellen tot BRZO 2015: wat te doen?

Volgend jaar is het zover: het BRZO 1999 wordt het BRZO 2015. Hierin zijn tal van kleine wijzigingen opgenomen. De belangrijkste is de aangepaste classificatie van gevaarlijke stoffen. De voormalige classificatiemethodiek van de stoffen- en preparatenrichtlijn wordt per 1 juni 2015 in zijn geheel vervangen door de systematiek uit de Europese CLP–verordening. De nieuwe systematiek is echter zo verschillend van de huidige classificatie, dat verschuivingen in de gevarenklasse van stoffen niet zijn uitgesloten. Bedrijven kunnen door deze wijzigingen in een lichter dan wel zwaarder BRZO-regime terecht komen of in sommige gevallen zelfs niet meer BRZO-plichtig zijn... Andersom is ook mogelijk, dus dat bedrijven juist wel onder het BZRO-regime komen te vallen. Het is van belang de nieuwe situatie tijdig in beeld te hebben. Want een wijziging kan voor bedrijven nogal wat consequenties hebben.

Sprekers: volgt

Excursie: slow development waar de treinen raasden

We gaan op pad over de voormalige Wagenwerkplaats van de Nederlandse Spoorwegen in Amersfoort, ooit het terrein waar de NS treinen rangeerde en repareerde.
De voormalig projectleider van de gemeente leidt ons rond en vertelt over de haken, ogen én oplossingen! Het terrein ligt ingeklemd tussen belangrijke goederensporen, waardoor woningen ontwikkelen leek lange tijd onhaalbaar. Toch gaat dat nu gebeuren. In en rond de verschillende monumentale gebouwen ontstaat geleidelijk aan een inspirerende, creatieve locatie. Een complex dat zich als een lint van anderhalve kilometer lang en driehonderd meter breed uitstrekt langs het spoor nabij station Amersfoort. Een burgerinitiatief was de motor achter het behoud van de oude gebouwen. Er ligt nu een plan dat voorziet in 1500 woningen en ruimte voor werk, onderwijs en cultuur, kortom een kloppend hart waar de industriële gebouwen de dragers van zijn. Het plan zal pas ver na 2050 volledig gerealiseerd zijn. Slow development dus! De fasering en de wil om samen te werken is de sleutel van dit succes. Vanuit het perspectief van externe veiligheid en groepsrisico ging daaraan een lang onderhandelingsproces met Rijk, Prorail en gemeente vooraf om alle neuzen dezelfde richting op te krijgen.
Altijd interessant om met eigen ogen te zien hoe zinderend spannend deze plek is. Ruimtelijke plannenmakers én EV-specialisten vinden elkaar hier! ’s Middags is er ook nog een workshop over dit onderwerp.

Begeleider excursie: Heino Abrahams (voormalig projectleider van de gemeente Amersfoort)

LET OP: Naast deze excursie wordt in de volgende ronde een workshop gegeven over hetzelfde onderwerp. Excursie en workshop zijn onafhankelijk van elkaar te volgen; voor beiden inschrijven kan ook.

Terug naar programma