Thema's

Vragen en antwoorden over de omgevingswet - Risicogebied

Risicogebied

Kun je ook een risicogebied rondom één bedrijf aanwijzen of moet er sprake zijn van een cluster van bedrijven?
Risicogebieden kunnen worden aangewezen rond risicovolle activiteiten als bedoeld in bijlage VII, onder E, onder 3 tot en met 5.2, 6 tot en met 9 en 11 tot en met 13. Voor enkel andere risicovolle activiteiten is aanwijzing niet mogelijk; natuurlijk mogen die activiteiten wel binnen een risicogebied gelegen zijn.

In artikel 5.16 wordt gesproken van binnen het risicogebied toegelaten activiteiten (meervoud). De nota van toelichting bij artikel 5.16 Bkl sluit daarbij aan en gaat er van uit dat binnen een risicogebied externe veiligheid meer bedrijven met (verhoogde) veiligheidsrisico’s zullen zijn gegroepeerd. De clustering van bedrijven binnen een risicogebied biedt de in de nota van toelichting beschreven schaalvoordelen. Dat is dus anders dan het huidig recht, waarbij een risicocontour om één risicovolle inrichting mogelijk is (en ook in de praktijk is toegepast).

Kan de provincie de omgevingsvergunning van een Seveso-inrichting verlenen en de gemeente opdragen het risicogebied aan te passen?
Toelichting: Voorbeeld: gemeente wijst een risicogebied aan in het omgevingsplan. Provincie beschikt op vergunningaanvraag voor een Seveso-inrichting in dat gebied. Deze inrichting heeft een 10-6-contour die buiten de grens van het risicogebied ligt. De provincie beschikt ook over de omgevingsvergunning voor de buitenplanse omgevingsplanactiviteit. Dus de provincie kan de omgevingsvergunning verlenen en de gemeente opdragen het risicogebied aan te passen? Waarbij de gemeente alleen adviesrecht heeft en geen instemmingsrecht.

Antwoord: De provincie kan de gemeente overrulen door middel van het verlenen van de vergunning. De gemeente heeft adviesrecht en geen instemmingsrecht. Binnen vijf jaar moet het Omgevingsplan daar dan op zijn aangepast. Provincie moet haar besluit wel goed motiveren. Deze casus is een goed voorbeeld van de gevallen waarin de in artikel 2.2 van de Omgevingswet geregelde verplichting tot samenwerking en afstemming van belang is.

Biedt het instrumentarium onder de Omgevingswet een mogelijkheid voor de provincie om risicogebieden aan te wijzen?
Toelichting: Op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt, vervalt het instrument veiligheidscontour. In plaats daarvoor komen risicogebieden. De risicogebieden worden vastgelegd in omgevingsplannen. Het bevoegd gezag voor het aanwijzen van een risicogebied lijkt daarmee volledig bij de gemeente te komen liggen. Tegelijkertijd blijven provincies, ook in de situatie onder de Omgevingswet, het bevoegd gezag voor Brzo-bedrijven. Biedt het instrumentarium onder de Omgevingswet een mogelijkheid voor de provincie om risicogebieden aan te wijzen?

Antwoord: Provincies kunnen geen risicogebieden aanwijzen. Dat kunnen alleen gemeenten in het omgevingsplan. Wel is het mogelijk dat provinciale staten in de omgevingsverordening instructieregels opneemt over risicogebieden.

Wat is de status van veiligheidscontouren die al zijn vastgesteld op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt?
Hierbij moeten twee situaties worden onderscheiden: 1) een veiligheidscontour is vastgelegd in een afzonderlijk, onherroepelijk besluit; 2) een veiligheidscontour is vastgelegd in een bestemmingsplan. Artikel 8.2.7 (veiligheidscontour) van het Invoeringsbesluit regelt de tweede situatie. Artikel 8.2.7 luidt:
1. Als een veiligheidscontour als bedoeld in artikel 14 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen is vastgelegd in een onherroepelijk besluit, geldt dat besluit als deel van het omgevingsplan als bedoeld in artikel 4.6, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet.
2. De beoordelingsregels, bedoeld in artikel 10 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen, zoals dat artikel luidde voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, blijven op een veiligheidscontour van toepassing tot:
a. het omgevingsplan onherroepelijk voorziet in een risicogebied externe veiligheid; of
b. het bevoegd gezag besluit om de veiligheidscontour niet als risicogebied externe veiligheid vast te leggen in het omgevingsplan.

Een veiligheidscontour die in een apart besluit is vastgesteld geldt daarmee als onderdeel van het tijdelijk deel van het omgevingsplan totdat het risicogebied in het definitieve omgevingsplan is aangewezen (uiterlijk 1 januari 2029) of totdat het bevoegd gezag besluit de veiligheidscontour niet aan te wijzen als risicogebied in het omgevingsplan. In het laatste geval kan dat moment ook na 1 januari 2029 liggen. 2) een veiligheidscontour is in het bestemmingsplan vastgelegd. In dat geval is de veiligheidscontour op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt krachtens het algemene overgangsrecht onderdeel van het tijdelijk deel van het omgevingsplan. Gedurende de overgangsfase (tot 1 januari 2029) moet(en) de betrokken gemeente(n) bezien of omzetting van de veiligheidscontour/ aanwijzing van een risicogebied in het omgevingsplan wenselijk is.

Ga terug naar de hoofdpagina vragen en antwoorden voer de omgevingswet (FAQ)