Thema's

Vragen en antwoorden over de omgevingswet- Maatregelen en gelijkwaardigheid

Maatregelen en gelijkwaardigheid

Om welke bouwvoorschriften gaat het? Hoe kan de gemeente gelijkwaardige maatregelen borgen in het omgevingsplan.
De aanvullende bouwvoorschriften zijn opgenomen in de artikelen 4.90 tot en met 4.96 van het Bbl. Voor het brandvoorschriftengebied is voorgeschreven dat het gebouw gedurende tenminste 60 minuten brandwerend is voor een brandbelasting van buiten naar binnen en dat er vluchtroutes zijn in de richting tegengesteld aan de brandhaard. Voor het explosievoorschriftengebied wordt beglazing voorgeschreven om scherfwerking naar binnen bij een explosie van buitenaf te voorkomen. 

Als algemene regels over een activiteit - bijvoorbeeld een bouwactiviteit of een milieubelastende activiteit - voorschrijven dat een maatregel moet worden getroffen, kan op aanvraag toestemming worden verleend om, in plaats daarvan, een gelijkwaardige maatregel te treffen. Met de gelijkwaardige maatregel moet ten minste hetzelfde resultaat worden bereikt als met de voorgeschreven maatregel is beoogd. Dit is geregeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet.

Met de bepaling over gelijkwaardigheid in de Omgevingswet is beoogd ruimte te bieden voor het toepassen van innovatieve oplossingen. Het hoeft bij alternatieve oplossingen voor bouwmaatregelen niet noodzakelijkerwijs te gaan om voorzieningen aan het gebouw zelf. Gelijkwaardige maatregelen kunnen ook betrekking hebben op het gebied tussen de risicobron en de kwetsbare omgeving of om andersoortige beschermende maatregelen dan bouwkundige maatregelen. Een voorbeeld van een andere dan een bouwkundige maatregel is het toepassen van venstertijden voor de bevoorrading van een activiteit met gevaarlijke stoffen. Door bijvoorbeeld een tankstation ’s nachts met brandstoffen te bevoorraden, lopen de gebruikers van een nabijgelegen kinderdagverblijf dat overdag wordt gebruikt geen gevaar. Ook de natuurlijke gesteldheid van het gebied of de aanwezigheid van hoge bebouwing tussen een risicobron en een kwetsbaar of zeer kwetsbaar gebouw kan er toe leiden dat wordt afgezien van de aanwijzing van de locatie voor het kwetsbare of zeer kwetsbare gebouw als bouwvoorschriftengebied. Het is van belang er op te wijzen dat de afweging van bouwkundige maatregelen niet op zichzelf staat maar steeds moet worden betrokken bij de bredere bestuurlijke afweging van beschermende maatregelen binnen een aandachtsgebied. Zo is het wenselijk dat ook bij de aanwezigheid van tussengelegen bebouwing maatregelen op het gebied van risicocommunicatie, vlucht- en schuilmogelijkheden voor minder zelfredzame personen en de mogelijkheden voor hulpverlening en rampbestrijding worden meegewogen.

Om welke omgevingsmaatregelen gaat het? Hoe kan de gemeente deze omgevingsmaatregelen borgen in het omgevingsplan?
De gereedschapskist met mogelijke beschermende omgevingsmaatregelen is beschreven in het Handboek omgevingsveiligheid van het RIVM. Deze gereedschapskist bevat onder meer het overwegen van alternatieve locaties, het beperken van de bevolkingsdichtheid en mogelijke fysieke omgevingsmaatregelen. Een nieuwe omgevingsmaatregel betreft aanvullende bouwtechnische maatregelen voor nieuwe gebouwen (zie Het brand- en explosievoorschriftengebied).

In het omgevingsplan kunnen specifieke regels worden opgenomen die de aanleg en instandhouding van een beschermende voorziening op een bepaalde locatie waarborgen. Dit volgt uit artikel 4.1 van de Omgevingswet. In dat artikel is bepaald dat in het omgevingsplan –met het oog op de doelen van de wet – regels kunnen worden gesteld over activiteiten die gevolgen hebben of kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving.

Hoe borg je een omgevingsmaatregel?
Toelichting: Bijvoorbeeld als je de eerste lijn bebouwing explosiebescherming voor de tweede wilt laten zijn en na 10 jaar wordt die eerste lijn gesloopt? Wat dan? Idem voor een aarden wal, greppel enz.

In een omgevingsplan kunnen regels worden opgenomen over omgevingsmaatregelen en de instandhouding daarvan. Dat zijn dus ook positieve verplichtingen (instandhouding, etc.).  

Kun je bronmaatregelen (zoals venstertijden) ook regelen in een vergunning voor een omgevingsplanactiviteit (buitenplans)? Of beter in de omgevingsvergunning?
Onder het huidig recht worden venstertijden al in de omgevingsvergunning mba of via het ruimtelijk spoor geregeld. Die praktijk kan onder de Omgevingswet worden voortgezet. Als er geen sprake is van vergunningplicht (bijvoorbeeld bij LPG tankstations) kunnen venstertijden ook in het omgevingsplan worden opgenomen.

Kunnen bouwkundige maatregelen enkel afgedwongen worden via voorschriftengebieden? Is het niet mogelijk om bijvoorbeeld een blinde gevel als voorwaarde op te nemen in het omgevingsplan?
Bouwkundige maatregelen worden afgedwongen via de omgevingsvergunning voor een technische bouwactiviteit; toepassing van gelijkwaardigheid / maatwerk kan ertoe leiden dat regels in het Omgevingsplan worden opgenomen 

Gelden bouwvoorschriften voor zeer kwetsbare gebouwen voor het hele gebouw als het gebouw geheel ligt binnen het aandachtsgebied, of gelden ze alleen voor gevels aan de risicobronzijde?
De bouwvoorschriften gelden voor het gehele binnen het (brand- of explosie)voorschriftengebied gelegen gebouw.

Zie de nota van toelichting op paragraaf 4.2.14 van het Bbl (Stb. 2018, 291), p. 362: FAQ Kennistafel transport gevaarlijke stoffen, 1/7/2020

Kan de factor ‘kans’ worden meegenomen in de overwegingen?
De factor ‘kans’ kan worden betrokken bij de afweging van beschermende maatregelen voor beperkt kwetsbare en kwetsbare gebouwen en locaties binnen een aandachtsgebied. Voor zeer kwetsbare gebouwen geldt een bijzondere eis: in het omgevingsplan moeten locaties waar een zeer kwetsbaar gebouw is toegelaten binnen een aandachtsgebied worden aangewezen als (brand- of explosie)voorschriftengebied. De gemeente kan wel toestemming geven om in plaats van de voorgeschreven bouwkundige eis voor nieuwbouw een gelijkwaardige maatregel toe te passen.FAQ Kennistafel transport gevaarlijke stoffen, 1/7/2020

Voor zeer kwetsbare gebouwen zijn bouwvoorschriften van toepassing, dit geldt zowel voor gebouwen op korte afstand tot de risicobron als op grotere afstand. Zijn er voor het bevoegd gezag nog mogelijkheden om hier eigen keuzes in te maken?
In het Bkl en het Bbl is geen onderscheid gemaakt tussen locaties binnen een bouwvoorschriftengebied die dichtbij of verder van de risicobron zijn gelegen. Voor deze locaties gelden (na aanwijzing in het omgevingsplan als bouwvoorschriftengebied) extra bouweisen voor nieuw te bouwen gebouwen. Bij de beoordeling of een maatregel als een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Ow kan worden gekwalificeerd, kan de afstand tot de risicobron wel een rol spelen..FAQ Kennistafel transport gevaarlijke stoffen, 1/7/2020

Ga terug naar de hoofdpagina vragen en antwoorden voer de omgevingswet (FAQ)